Voor een aantal mensen zal de combinatie van natuurkundige en politicoloog een bijzondere zijn. Hoe kwam je erbij om die twee te kiezen?
Ik dacht dat ik met mijn studie natuurkunde zicht zou krijgen op hoe de wereld in elkaar zit. Maar er is natuurlijk veel meer tussen hemel en aarde dan natuurkundige wetten. Als jonge onderzoeker kwam ik twee keer in een fikse bezuinigingsronde terecht. Dat gaf veel leed bij oudere collega’s. Ik begon me af te vragen wie de beslissingen namen en op basis waarvan. Daarom ging ik parttime bestuurskunde studeren. Mijn focus: de politiek van technologie of innovatie. Die relatie heeft me echt gegrepen.
En die combinatie is nu ook de basis voor je wetenschappelijke carrière?
Het is de basis van mijn werk als hoogleraar en bij het Rathenau Instituut. Mijn leerstoel heet Technology Assessment en Governance. Ik kijk naar de mogelijkheden van de technologie en de ethische en maatschappelijke vragen die daarbij komen kijken. Het governance deel gaat over het vinden van collectieve oplossingen voor collectieve problemen.
Je hebt een indrukwekkende lijst publicaties op je naam staan. Welke is je het dierbaarst?
Mijn naam staat er niet als enige op. Ik vind het steeds weer belangrijk om te benadrukken dat ik ze samen mocht maken met heel veel leuke en slimme mensen. Ontdekken wat er in de wereld gebeurt en er grip op krijgen is een mooie gezamenlijke ontdekkingstocht. Ik kies dan voor het essay Intieme technologie: De slag om ons lichaam en gedrag. We schreven het voor een groot publiek en het kreeg veel aandacht. Het ging over de immense invloed van informatietechnologie op ons persoonlijke leven. Hoe meer technologie over ons weet, hoe meer menselijke trekjes het krijgt. Denk aan robots en artificiële intelligentie. Onze telefoon is bijvoorbeeld allang geen gadget meer, maar grijpt diep in onze manier van leven. Bij medische technologie snappen we dat wel en stellen daarom veel eisen aan die technologie. Maar toen we het essay schreven, stelden maar weinig mensen ethische vragen bij de digitalisering van ons leven. Dankzij deze publicatie en later door Opwaarderen: Borgen van publieke waarden in de digitale samenleving, is dat besef gelukkig aangewakkerd.
Via het fonds heeft een anonieme donor een substantieel bedrag gegeven. Wat zijn jullie plannen met deze bijdrage?
De gulle gift maakt het mogelijk om een vierjarig promotieonderzoek te financieren. Het onderwerp van dat onderzoek is de governance van artificiële intelligentie in de energietransitie. Een hele mond vol, maar het basisidee is dat de opwarming van de aarde ons ertoe dwingt om over te stappen van fossiele naar hernieuwbare energiebronnen. Zo willen we in Nederland in 2030 70% van onze elektriciteit halen uit hernieuwbare energie. Stel je eens voor wat dat betekent: ons elektriciteitsnetwerk verandert enorm: van grote centrales gaan we naar honderdduizenden zonnepanelen, windmolens en batterijen. Om zo’n systeem in balans te houden is digitale technologie nodig die de toestand meet en data verzamelt. Die data moet geanalyseerd worden en op basis daarvan moeten beslissingen genomen worden. Dan gaat A.I. dus een rol spelen in de toekomst van onze energie. Met het onderzoek willen we in kaart brengen wat de rol van A.I. kan zijn. Daarnaast kijken we naar de ethische en maatschappelijke vragen die de inzet van A.I. oproept. Hoe zit het met de privacy? Kunnen we de gebruikte algoritmen uitleggen? Wie heeft het laatste woord over de acties van de A.I.? Is dat de politiek of leggen we dat bij bedrijven neer? Grote veranderingen als deze vragen aanpassingen in wet- en regelgeving. Dat is het governance deel en het slotstuk van dit promotieonderzoek.
Heeft deze donor nog gezegd waarom hij/zij speciaal voor jouw projecten heeft gekozen?
Hij is al zijn leven lang geïnteresseerd in technologische ontwikkelingen. Vooral in artificiële intelligentie en de maatschappelijke en filosofische vragen die dat oproept. Hij vindt vooral dat de samenleving heel goed moet nadenken en spreken over nut en noodzaak van technologie en de gewenste politieke sturing en maatschappelijke inbedding. Met dit onderzoek kan hij daaraan bijdragen en dat doet hij van harte. Daar zijn we echt blij mee.
“Het Universiteitsfonds werft geld voor maatschappelijk relevant onderzoek, maar vooral vrienden die ons werk persoonlijk willen steunen. Het gaat om wetenschap met gevoel.”
Wat is volgens jou een trend of ontwikkeling die nu nog te weinig aandacht krijgt in het maatschappelijk debat of in de media?
Dat zijn er twee: de haast die we moeten maken met de duurzaamheidstransitie vanwege de opwarming van de aarde. We racen tegen de klok. En de sturing van de digitalisering. Die komt nu als een golf over ons geen. We moeten de controle pakken en de digitalisering vormgeven vanuit maatschappelijke waarden.
Je onderwijst en coacht. Wat is de, in jouw ogen, belangrijkste les die je de volgende generaties meegeeft?
Nat King Cole verwoordt de belangrijkste les in het liedje Nature Boy. Hij zingt: “The greatest thing you’ll ever learn is to love and be loved in return”. Inzicht en liefde gaan samen. En voor diep inzicht moet je open staan voor de ervaringen en gevoelens van anderen.
Waarom loopt deze donatie via het fonds?
Er zijn meerdere manieren om als Universiteit geld binnen te krijgen. Via het rijk bijvoorbeeld, als subsidie van het NWO, van de EU of uit contractonderzoek. Bij particulieren gaat het anders. In de Verenigde Staten en in Groot-Brittannië willen steeds meer vermogende mensen geld schenken aan een universiteit. Omdat ze er een persoonlijke band mee hebben of het werk van die universiteit belangrijk vinden. Voor particulieren als hen is er een prachtig kanaal dat ze kunnen gebruiken voor hun persoonlijke donatie: de universiteitsfondsen.
Waarom is volgens jou dit Universiteitsfonds zo belangrijk?
Dit Universiteitsfonds werft geld voor maatschappelijk relevant onderzoek, maar werft vooral vrienden. Het is een zoektocht naar maatschappelijke en zeer persoonlijke steun voor wetenschappelijk onderzoek. Het gaat dus altijd om wetenschap met gevoel. Dat is van groot belang.